Hyperventilatie, angst en paniek
Bij iedere inademing ademen we zuurstof (O2) in en bij de uitademing ademen we koolstofdioxide (CO2) uit. De balans tussen het gehalte aan zuurstof en het gehalte aan koolstofdioxide in het lichaam is dan in evenwicht. Tijdens een stressvolle (bedreigende) situatie is de balans uit evenwicht. Op zulke momenten heb je immers meer zuurstof nodig. Op deze manier verandert het adempatroon. Je lichaam maakt zich klaar voor de strijd (vecht- of vluchtreactie). Ook al is het niet nodig dat het lichaam zich klaar maakt voor een daadwerkelijke fysieke inspanning, toch zal er sneller en dieper worden ingeademd doordat het stresssysteem wordt geactiveerd. Dat betekent dat het O2- en CO2-gehalte niet meer in evenwicht zijn.
Bij stress wordt er dus te snel en te diep geademd in vergelijking met de energie die ons lichaam op dat moment nodig heeft. Dat versnelde ademhalen noemen we hyperventileren. Dit veroorzaakt vervolgens een tekort aan CO2.
Signalen
- benauwd gevoel en kortademigheid
- duizeligheid
- hartkloppingen, zweten
- beklemmend gevoel in de borststreek
- tintelingen in handen, voeten of rond de mond
- verhoogde spierspanning
Gevolgen
Mensen reageren verschillend op stress en angst. Ook het lichaam reageert er verschillend op. Soms gebeurt het dat die lichamelijke signalen/uitingen zo sterk aanwezig zijn dat men denkt dat er iets ernstigs aan de hand is (rampgedachten). Dit kan leiden tot gedachten als: ‘ik krijg een hartaanval’ of ‘ik ga flauwvallen’. Dit versterkt de lichamelijke sensaties en dit leidt vervolgens tot paniek. De angst voor de (lichamelijke) gevolgen is immers zelf weer een bron van angst geworden. Op deze manier ontstaat er een vicieuze cirkel van angst en paniek.
Hoe verder?
Tijdens de behandeling wordt gekeken wat de gevolgen van deze vicieuze cirkel voor u betekenen en op welke manier u hiermee anders kunt omgaan. Het uiteindelijke doel is dat u het vertrouwen in eigen lichaam terugkrijgt en een betere kwaliteit van leven ervaart.